Goede Vrijdag

Vandaag vast ik. Volledig. Vandaag eet ik niets. Niets. Vandaag is het Goede Vrijdag, de vastendag bij uitstek. Vandaag wil ik Christus die op het kruis stierf gedenken. Vandaag wil ik lijden met de Christus. Vandaag wil ik lijden met iedereen in de wereld die lijdt.
De Vasten zijn populair. Nog steeds. Het valt me op dat – tezamen met Kerstmis – de vasten wellicht één van de weinige christelijke gebeurens zijn die volledig “ontkerstend” worden en als dusdanig levensvatbaar blijven in deze ontkerkelijkte wereld. Dieetregels zijn populair in elke religie, en des te meer in de hedendaagse cultus van het individu waarin de reclameborden – een soort hedendaagse farizeeën – dicteren dat je moet lijden om dat goddelijke lichaam te krijgen.
Dat brengt me bij de vraag: waarom vasten wij? Vasten lijkt iets met lijden te maken hebben. Lijden voor seks en succes, de hemel op aarde van onze moderne cultuur die binnen handbereik is als we eenmaal dat goddelijke lichaam hebben? (Opmerkelijk genoeg allemaal zaken die onze kerkelijke cultuur eerder met de hel associeert: het lichaam, seks en succes.)
Of lijden we voor een betere wereld? Veertig dagen geen vlees eten omdat dat zoveel komma zoveel minder CO2 de atmosfeer in jaagt? Maar denk je nu echt dat er daardoor minder vlees geproduceerd gaat worden? Dat effect, zo het er al is, is toch compleet verwaarloosbaar, een druppel op een hete plaat? Zo reageert de scepticus.
En weet je, ik denk dat hij gelijk heeft, de scepticus. Je kan nooit zeker weten of je daden enige invloed hebben. Je moet dan ook niet vasten om te proberen iets te veranderen (zelfs niet “het maatschappelijk bewustzijn,” wat dat ook moge zijn). Of dat is toch niet waarom ik vast. Ik vast om mijn eigen bewustzijn te veranderen.
Ik vast om mij bewust te zijn van het lijden van anderen. Ik ben vegetariër. Hier in Plum Village leven we zelfs veganistisch. En ik denk niet dat dat enige effect heeft. Sterker nog, ik betwijfel dat ten zeerste. Ik ben geen vegetariër om iets te bereiken. In dat opzicht is mijn vegetariër-zijn niet 'zinvol'. (In tegenstelling tot iedere ietwat hooggestemde actie vandaag de dag, we zijn tegen 'zinloos' geweld en zijn allemaal op zoek naar 'zingeving'.) Ik ben vegetariër uit compassie, uit medelijden.
Nu zult u lachen. Medelijden is in onze individualistische samenleving van survival of the fittest een zwakte. ('Survival of the fittest' wil trouwens helemaal niet zeggen dat de sterkste moet overleven, en wordt maar al te vaak verkeerd geïnterpreteerd, maar dat is een ander verhaal). Op zijn best is medelijden hebben een morele keuze (een beetje zoals een Romeinse keizer die op aanvraag van het publiek beslist om de gevelde gladiator te laten leven). Voor mij is het dat niet. Wat is het dan wel?
De eerste nobele waarheid van het boeddhisme is: “er is lijden.” Dit wordt in onze genotzuchtige cultuur wel eens gezien als pessimistisch of zelfs sadomasochistisch, maar eigenlijk is het een zeer optimistische waarheid. Het boeddhisme stelt dat er lijden is maar dat dat op zich geen probleem is, dat is nu eenmaal zo, de wereld is niet perfect. Het wordt pas een probleem... als je er een probleem van maakt, als je ervan weg wilt lopen, of iets anders in de plaats wilt. Wat we dan ook moeten doen, is in de eerste plaats dat lijden accepteren, accepteren dat de wereld niet perfect is en zich al helemaal niet zomaar buigt naar hoe jij zou willen dat ze is.
Wat is mede-lijden dan? Dat is eenvoudigweg het erkennen van andermans lijden. Als ik vegetariër ben uit compassie, is dat omdat ik erken dat onze voedselindustrie dieren leed aandoet, en dat compassie in mij oproept. Erkennen van dat lijden is het eerste dat je moet doen (en vaak ook het enige dat je kan doen), als je dat vergeet ben je gewoon aan het proberen de dingen te laten buiten naar jouw wil.
Maar vandaag, Goede Vrijdag, is het mij niet te doen om vegetariër zijn, vandaag lijd ik mee met de Christus. Als er iemand de eerste nobele waarheid begrepen en in de praktijk gebracht heeft – meer nog dan de Boeddha zelf – dan is het wel Jezus Christus. Hij is de man die zijn lijden accepteert, die de andere wang aanbiedt en zich als een lam naar de slachtbank laat voeren en (en onderweg ook nog eens zijn beulen hun oren teruggeeft en hun zonden vergeeft). En hij accepteert niet alleen zijn eigen lijden, maar het lijden van alle mensen, en niet alleen van zijn tijd, maar van alle tijden. Hij sterft voor onze zonden. Zijn passie is een daad van compassie.
En vandaag wil ik mee-lijden met dat lijden, het lijden van Christus en zo het lijden van alle mensen. Wees gerust, u hoeft niet bang te zijn, u zal het waarschijnlijk niet voelen. Ik kom geen revolutie brengen (de man van Nazareth trouwens ook niet, al waren ze daar wel bang voor, hij bracht enkel compassie, en dat is ironisch genoeg dan ook de reden dat ze hem op het kruis nagelden). Ik ga niets veranderen, behalve misschien mijzelf. Want als medelijden één ding boven alles is, dan is het wel een praktijk, iets waarin je je kan oefenen. Niet iets om over te theoretiseren, maar iets om te doen, en om, al doende, te leren.
Het is opvallend dat er vandaag de dag voor zowat alles trainingen zijn (leiderschap, assertiviteit... zelfs mindfulness is een hype tegenwoordig), maar bij medelijden denken we nog steeds dat het (als het, zoals gezegd, al geen zwakte is) een eigen keuze is, die voortkomt uit een eigen morele theorie (misschien komt dat wel doordat al die trainingen gericht zijn op de individualistische cultus van het zelf en de zelfontwikkeling, terwijl medelijden natuurlijk uit een heel ander vaatje tapt). Het hart is nochtans ook een spier die geoefend moet worden. Ik zou zelfs durven beweren dat dat het hart is van iedere spirituele beoefening, of dat dat toch hetgene is waar mijn beoefening me – vergeet al dat gedoe over die nobele waarheden – toe inspireert: het kweken van compassie.
Dus vandaag vast ik. Niet om mijn lichaam te doen af te takelen, maar om mijn hartspier te trainen, de enige spier die je in de fitness – de tempel van onze lichaamscultus – niet kan trainen. Ik vast om te lijden en omdat er niks mis is met lijden, het is er nu eenmaal, en je hebt het maar te accepteren of er vergeefs van weg te lopen. Ik vast om mee te lijden, met Christus en in hem met de miljoenen mensen op deze aardbol die lijden. Ik vast vandaag voor u, maar wees gerust, als u er niets van merkt, u kan op beide oren slapen vannacht, ik waak voor u.

Comments

Popular posts from this blog

A Walk With God

Gewoon jezelf zijn - waarom ik geen monnik werd

The Joy of Having a Body