Worstelen met sociale angst

Al jarenlang lijd ik aan sociale angst. Voilà, het is eruit. Mogelijk verbaast dat u. Ik denk niet of dat ik dat al aan veel mensen heb verteld. Om eerlijk te zijn, ik heb het ook jarenlang bij mezelf ontkend en gedaan alsof het er niet was.

Theorie

Sociale angst of sociale stress is een conditie waarbij de eenvoudige aanwezigheid van andere mensen je stresseert. Sociale angst is meer dan gewoon verlegenheid. Het is een pathologische aandoening waarbij je je moeilijk kan ontspannen in de aanwezigheid van anderen en je je constant zorgen maakt over hoe je je moet gedragen. Het is pathologisch in die zin dat je rationeel beseft dat het onzinnig is, maar dat je er geen controle over hebt. Je lichaam interpreteert de aanwezigheid van anderen eenvoudigweg als een stressprikkel, als een bedreiging. Voor mensen met deze conditie is het vermoeiend om zich onder de mensen te begeven. Ze moeten steeds op hun hoede zijn. Hechte vriendschappen sluiten is moeilijk, laat staan relaties. Als kind of tiener is het normaal om verlegen of onzeker te zijn, maar als het kind er niet in slaagt deze onzekerheid op een goede manier te overwinnen, kan zich dat omvormen tot een pathologische vorm van angst.

Mijn verhaal

Als kind was ik verlegen. Ik was altijd het meelopertje, bang om buitengesloten te worden. Als tiener werd ik de nerd, een buitenstaander. Ik begon me zelfs met die rol te identificeren. Ik weet nog goed, ik moest 13 of 14 zijn geweest, dat ik besliste dat ik niemand nodig had en dat het leven gemakkelijker was zonder al dat emotionele ‘sociale gedoe’ waar opgroeiende pubers aan blootgesteld worden. Ik denk dat ik toen al mijn onzekerheid ontkende, wist ik veel over hoe om te gaan met emoties, rationeel als ik was. Ik leefde liever in mijn eigen bubbel. Mijn vrienden uit het middelbaar zullen zich nog wel alle gekkigheden herinneren die ik in mijn laatste jaren daar uithaalde, niet gevend om wat wanderen van mij dachten.
Eenmaal wat ouder, aan de universiteit, merkte ik dat ik het heel moeilijk vond om lange tijd met dezelfde persoon door te brengen. Ik voelde me altijd ongemakkelijk bij 1 op 1 contact en beperkte me dan ook vooral tot losse contacten. In groepen hield ik me op de achtergrond. Ik kende enorm veel mensen – er was een tijd dat ik in Leuven op elke straathoek een bekend gezicht tegenkwam – maar echt diepgaande contacten waren er niet bij. Die ene keer dat ik dan toch in een relatie belandde, voelde ik me daar zo ongemakkelijk bij dat ik het al gauw uitmaakte.
Toen ontdekte ik boeddhisme en meditatie. Enfin, ik kende het al langer, maar tegen het eind van mijn studententijd begon ik me er verder in te verdiepen. Maar in plaats van te kijken naar de emoties en trauma’s die onder die sociale stress lagen – emoties, wist ik veel hoe om te gaan met emoties – ging ik meditatie gebruiken om dat alles te onderdrukken. Ik wilde altijd ‘zen’ zijn, maar in feite sloot ik zo mijn emoties en ook andere mensen buiten en versterkte ik de bubbel waarin ik leefde. Ik probeerde mijn gevoel en mijn gedrag heel nauwgezet onder controle te houden als ik met anderen omging, maar negeerde zo mijn gevoel en belette mezelf van gewoon spontaan en mezelf te zijn.
Dan ging ik wonen in Plum Village. Eigenlijk was dat heel stresserend voor mij. Ik besef nu dat dat kwam omdat ik altijd door anderen omgeven was. Ik had zelfs niet mijn eigen kamer. De constante aanwezigheid van anderen was een constante bron van stress. Ik was me hier echter niet van bewust, en durfde niet toegeven dat er iets met mij scheelde, perfectionist als ik was. In mijn achterhoofd was ik mij hier wel van bewust, maar ik duwde dit bewustzijn steeds terug naar achter. Ik ging alleen maar meer nadenken over hoe ik moest omgaan met anderen – aangemoedigd door alle boeddhistische theorieën over liefde en compassie – terwijl ik vooral moest leren stoppen daarover na te denken en mezelf te zijn. Je zou verwachten dat een boeddhistisch klooster een rustgevende omgeving is, maar dat is alleen maar op het eerste zicht zo. Het is vooral een plek waar je geconfronteerd wordt met je eigen gebreken. En mijn onvermogen die onder ogen te zien, maakte mijn sociale angst alleen maar erger.
Toen ik daarna leerkracht werd, werd het zo mogelijk nog erger. Leerkracht is een enorm sociaal beroep, en je moet voortdurend omgaan met anderen, en vaak in niet eenvoudige situaties. Voor de klas kon ik me nooit ontspannen, alleen al de blik van 20 leerlingen die naar je kijken, gaf me enorm veel stress, besef ik nu. En steeds maar piekeren over hoe ik bepaalde situaties moest aanpakken. Ik zwoegde echter gewoon verder, en alsof mijn job nog niet moeilijk genoeg was –  godsdienst geven aan een stel wildebrassen uit het Brusselse – achteraf gezien denk ik dat de sociale angst me het meest parten speelde. Zonder die sociale angst stond ik misschien nu nog steeds voor de klas. De angst voedde ook het verlangen om monnik te worden, om ergens alleen op een berg te gaan mediteren, maar ik besef nu dat sociale angst iets is waar je niet van weg kan blijven lopen. Stilaan begon ik me bewust te worden van mijn probleem, ik ging zelfs naar een pscyholoog. Veel vruchten wierp dat echter niet af, aangezien ik mijn situatie nog altijd niet echt onder ogen kon zien.

Transformatie?

Het is pas sinds een paar maanden dat ik echt aanvaard dat ik hiermee worstel. Het is niet evident voor mij om toe te geven dat er iets met mij scheelt, dat ik geen zenmeester ben, maar ook maar een gewoon mens met gebreken en ongerijmdheden. Maar dat was de eerste stapen stilaan begin ik te veranderen, stilaan begin ik mijn sociale angst te overwinnen. Ik werd mij bewust van dit gevoel van stress dat opkomt zodra ik in het gezelschap van anderen ben. Ik werd er mij van bewust hoe ik dit probeer te onderdrukken, en hoe dit de stress enkel groter maakt.
Ik kreeg een dieper inzicht in dit gevoel. Ik begon mij in te lezen over het onderwerp en begon te beseffen waar het vandaan kwam. Ik besefte dat ik, zodra ik in contact kwam met anderen, mijn eigen behoeftes begon te negeren en probeerde anderen te behagen. Ik zag in dat dit kwam omdat ik diep vanbinnen mezelf niet aanvaardde – daar heb je die zelfaanvaarding weer (cf. mijn twee vorige posts). Ik had altijd het gevoel dat ik iets speciaals moest doen of zeggen of zijn in mijn omgang met anderen. Ik voelde me verplicht om sociaal te zijn en om telkens het gesprek te dragen. Het was een gebrek aan zelfvertrouwen. Ik had schrik om gewoon mezelf te zijn, om te doen waar ik zelf zin in had, alsof dat niet goed genoeg zou zijn, alsof anderen me dan niet zouden aanvaarden.
Ik besef nu dat ik gewoon mezelf mag zijn, dat ik gewoon mezelf moet zijn, want dat er geen andere manier van zijn is. Iets anders proberen zijn, constant je afvragen hoe je dient te zijn, kost enorm veel energie. De sociale stress is er nog steeds en komt op van tijd tot tijd, maar ik begin te leren ermee om te gaan, en begin te beseffen hoe geweldig het is om gewoon jezelf te mogen zijn.

Comments

  1. Mooi verwoord. Ik wens je sterkte om hiermee om te gaan xx

    ReplyDelete
  2. Wauw Gijs!! Dankjewel om te delen!!! Ik voel je. Het zijn allemaal kleine stapjes naar je eigen ook een plek in de gedeelde ruimte te geven. X Jessie

    ReplyDelete

Post a Comment

Popular posts from this blog

A Walk With God

Gewoon jezelf zijn - waarom ik geen monnik werd

Forests To Grow People